Pakjesavond
Op
een gegeven moment was er de twijfel… Je zag de wasmand die -na Hoor wie klopt daar kinderen en Zie de maan schijnt door de bomen - op
de stoep van de voordeur stond, dezelfde kleur en vorm hebben als degene die
moeder ‘s maandags altijd gebruikte. De cadeautjes waren verpakt in proppen
papier, die uitgestreken, pagina’s uit Na
Vijven bleken. Het knutselblad waar je likkebaardend in had gekeken naar prachtige
bouwtekeningen en maquettes en die vader Jan in de kleine uurtje als de
kinderen sliepen, inspireerde tot prachtig eigenhandig gemaakt speelgoed. Het handschrift van de ellenlange
Sinterklaasgedichten leek toch
verdomd veel op dat van moeder Leida. Het geloof was er opeens niet meer.
In
de maakbare samenleving van de jaren zeventig toen Joop Den Uijl door Wiegel
werd uitgescholden voor Sinterklaas begonnen voor mij de Sintloze jaren pas
echt. Ik verkeerde in kringen die Sinterklaas boycotten vanwege Franco’s
dictatuur in Spanje. Dat ging mij
te ver. In mijn herinneringen ligt diep begraven een ander ijkpunt. Achteraf
het begin van de verloedering van de goedheiligman. Het was tijdens een
excursie, met een groep studenten in De Biesbosch. Het was daar in de buurt
tijdens een avondwandeling op zoek naar een kroeg dat we stil stonden voor een
etalage van een fietsenmaker. Een bulderend gelach welde uit het groepje
slenteraars dat lang na echode door het stil en verlaten dijkdorpje. Een fiets
met daarop Sinterklaas was omgevallen. Gekneusd lag de bejaarde bisschop op de
vloer van de rijwielhersteller. En nog steeds weet ik niet of het een ongelukje
was of een grapje van de etaleur. Wim T. Schippers avant la lettre in
Werkendam. In Nederland volgde weldra een langdurige strijd tussen Kerstman en
Sinterklaas. De middenstand wist er wel raad mee. Met als absoluut dieptepunt
dit jaar toen bij Appie Hein al in september de chocoladeletters in de schappen
lagen en de kerstmarkten ver voor 5 december in de tuincentra en op
feesttrendgebeurenbeurzen hun overvloed tentoonspreidden. Gelukkig blijkt Sinterklaas millenniumproof. Niet kapot te krijgen. In de babyboom
van de jaren negentig worden weer driftig schoenen gezet en rijmelarijen gedicht.
Dat
het kind in mij gelukkig nog aanwezig is bemerkte ik twee weken geleden bij
mijn lief in ons Amsterdams appartement . Op een vrieskoude zaterdagmorgen deed straatrumoer ons naar buiten
kijken. In vogelperspectief zagen we een boot de Tienhovengracht
afstomen. Met daarop wel vijftig Pieten en een Sinterklaas, onderweg naar Plein
40-45. Beide renden we naar het balkon en zongen enthousiast Dag Sinterklaasje dààààg . Alle Pietermannen
en de Sint incluis keken omhoog onze richting. Tranen liepen over mijn
wang van geluk. Eenmaal binnen zocht en vond ik voldaan de zeldzame slechts in beperkte oplage gedrukte
bundel Roerloos (1929) van de Achterhoekse dichteres
Anny Basterholt. Ooit gekregen van vriend Albert tijdens een pakjesavond in
vriendenkring en las hardop: Zomers
verlangen./ Een klein verlangen/voelt
elke zomer zwaar/en zwaarder met de tijd./ Steeds verder weg/de jeugdige
decembermaand/met haar gezelligheid./Slechts de stolp/die alles afsloot/rest het ouder kind./En de
twijfel,/ het is goddank voorbij helaas.
Hans Mellendijk, Gelders Dagblad (Met Achterhoekse Ogen), 5 december 1998