De bevrijding van de Achterhoek

maandag 30 maart 2020

De bevrijding van de Achterhoek

Collega internaut Bert Bevers maakte me enig moment, maar wanneer ook alweer, attent op bovenstaand filmpje dat hij was tegengekomen op You Tube: Bevrijding van de Achterhoek. Ik ben er eigenlijk voor mezelf nog niet uit of ik die ingekleurde beelden wel kan velen. Ze neigen enerzijds naar een voor mijn gevoel te romantisch beeld van de oorlogshandelingen zo ook de swingende dwingende feestmuziek van Glen Miller draagt daartoe bij, en anderzijds zijn een aantal gebruikte foto's als zwart-wit foto in mijn herinnering gegrift en komen ze bij mij in kleur surreëel over. Zwart-wit werkt op mijn gemoed als echter. De begeleidende tekst suggereert dat mijn dorp door de Britten zou zijn bevrijd.

Maar naar mijn weten zaten wij in de volgorde Gendringen-Sinderen-Varsseveld-Aalten, van de Canadese 4e Tankdivisie (zie kaart hieronder). Winterswijk werd een dag later bevrijd vanuit het Duitse Bocholt wel door die Britten, na de onfortuinelijke hinderlaag, de Tankslag in het Woold⇲ Of zien en lezen mijn kippige ogen dat verkeerd? Is mijn herinnering aan het verhaal van opa Overbeek uit Sinderen, de vader van mijn moeder, een valse? Waren het toch de Britten die vanuit Winterswijk, Aalten ons dorp bereikten?

Enfin vanwege deze bijzondere voorbije en aankomende dagen, het bewerkte filmmateriaal, toch maar geplaatst.

Zaterdag was het 75 jaar geleden dat het Achterhoekse grensdorpje Megchelen werd bevrijd⇲ In DIE DAG IN MEI VERGEET IK NIET, een Ooievaar Pocket uitgegeven in 1995 met de mooiste Nederlandse bevrijdingspoëzie gekozen door Hans Warren, valt mijn oog op een fragment van het gedicht DE BEVRIJDING VAN DALFSEN, geschreven door Victor E. van Vriesland. Een gedeelte uit een langer verhalend gedicht over de laatste oorlogshandelingen in Oost Nederland, 1945.

“Dit was wat aan berichten wij vernamen/Door radio of van bekenden: Bij/Dinxperlo kwam op achtentwintig maart/De strijd voor bevrijding van ons land/Op Nederlandse bodem. Megchelen,/Gendringen, Voorst en Ulft hadden al dagen/Tevoren onder vuur gelegen. In de/Laatre berichten doken toen al spoedig/De namen op van Zutphen en van Lochem,/Westervoort –de geboorteplaats van Dèr Mouw -,/Hengelo, Enschede, Aalten, Haaksbergen,/Delden, Groenlo. Men naderde ’t nabije/Ommen. Als een vloedgolf zwol de emotie.”