zaterdag 1 maart 2014

Met Achterhoekse Ogen | Uitzicht [Locus Focus II]


Uitzicht  | Hans Mellendijk, Gelders Dagblad, 22 september, 2001

M’n lief en ik hebben net de Belvedère, de uitzichttoren in het Arnhemse Sonsbeek, beklommen en genieten van de weidse blik. In de verte herkennen we aan de Martinitoren, Doesburg. Rechts aan de einder ligt Montferland. Ergens daartussen traceren we ons geboortedorp. Dan draai ik me om en kijk richting centrum stad. Vanmorgen zagen we in een grafkelder van de Eusebiuskerk hetzelfde uitzicht, in maquettevorm. De binnenstad uitgevoerd in kaarsenvet. De gebouwen als brandende kaarsjes. Een offerbeeld voor een stad die de oorlog maar niet kan vergeten. Een devoot hoogtepunt van Locus Focus. 

Ik bezoek het kunstspektakel voor de tweede keer. Opnieuw m’n plaats bepalen. De zwarte spelden in het park die met hun reusachtige knoppen tegen de ranke naar de hemel groeiende bomen leken te rusten blijken -nu ik beter kijk- met ijzerdraadjes aan de stammen bevestigd. Tweederangs etaleurswerk. Het kan verkeren. Teleurgesteld vervolgen we de beeldenroute in het magnifieke park op de miezerige middag.

Aan het eind van de wandeling bekijk ik opnieuw het kunstobject dat vanwege vandalenstreken werd aangepast. Het is geen verbetering. Oorspronkelijk een uiterst onschuldig werkstuk. Een ijscowagen met een afwisselende aan- en uitknipperende neon boodschap: Ice-Cream/Nice Dream. Een kinderlijke treurmars weerklonk uit het bestelbusje dat op het water leek te drijven. Uitgegleden op het ijs. Het werd om onbegrijpelijke redenen regelmatig mikpunt van vernielzucht. Het is nu door de kunstenaar letterlijk veranderd in een doelwit. Het publiek wordt uitgenodigd het te stenigen. Geef de beesten te eten. Mijn hart versteent om zoveel onbegrip, van zowel kunstenaar als publiek. Het opent zich weer als ik voorbij de grote waterval twee jongetjes ijs zie verkopen. Ze hebben een toonbank van zwerfhout getimmerd en daarop het ijsjesembleem dat de ijscokar sierde, nageschilderd. Prompt komt de zon weer vanachter de wolken tevoorschijn. Ik trakteer onszelf op drie ijsbolletjes. De opbrengst is voor een milieuvriendelijk project, aldus de vroegwijze ondernemers. Het groene doel behelst de aanschaf van een radiografisch bestuurd zweefvliegtuig.

Als we in de namiddag uit de bus van lijn 20 stappen om terug te reizen naar de Achterhoek zie ik op het, in de steigers staande, stationsplein een bord dat ogenschijnlijk tot vandalisme uitnodigt: “Hier wordt vakkundig gesloopt door Van Dalen”. De werkelijkheid is soms lachwekkender dan een tweederangs cabaretier kan bedenken.

Een maand later op het werk vertel ik in de middagpauze de anekdote aan een Arnhemse collega. Ze glimlacht. Na vijven rij ik fluitend onder het ietwat vermoeid groene lover van de Slangenburg naar mijn woonstee.

Eerst toch maar even langs m’n staminee voor een bakkie leut en het laatste nieuws. De televisie staat aan. Het voetbal is nu toch nog niet begonnen? De uitbater van ’t Veertje geeft me nauwelijks de kans de leestafel te bereiken. “Hei’j ’t al geheurd wat d’r is gebeurd?” Ik knik nietsvermoedend van nee. “D’r bunt leu die bliekbaor ’n ontzettende hekkel an Amerika hebt. Hoe is’t toch meuglijk?” Dan zie ik de ravage aan. Traag dringt de catastrofe tot me door. De Twin Towers, ooit genoot ik daar van het uitzicht op de ‘vrije wereld’. Nu doelwit in een onwerkelijke film. Een slecht James Bond scenario. Geheimagent 007 zou het op het laatste moment hebben verijdeld. Alle vergelijkingen lopen mank. 

Troostend flitsen de brandende kaarsen in de catacomben van de Eusebiuskerk mijn netvlies voorbij. Ik drink onthutst de koffie op, reken af en snel naar huis. In ongeloof blijf ik met een wederom versteend hart de hele avond verbijsterd aan de treurbuis gekluisterd. Langzaam maar zeker vormt zich het inzicht dat het uitzicht op een verdraagzamere wereld rampzalig is gesloopt.




Geen opmerkingen:

Een reactie posten