Twee verliefden
zondagmorgen
ik in het midden
stappend naar de foor.
De fanfare blaast
snoepgoed goedkoop
een lied voor een nikkel
en vijf voor een rit.
In elke deur gegiechel
in elk raam een dans
een bries beschaamd om te blozen
de meisjes nog jong.
Zondagmorgen
twee verliefden
ik in het midden
stappend door de zon.
De klokken te luid
de broodjes nog warm
en na de kerk de carrousel
de koetsen op en neer.
In elke draai een toekomst
in elke bocht een vergezicht
zo cirkel ik in het midden
weerloos door de tijd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten