vrijdag 23 augustus 2019

’sMelssleMs’ zomeracademie | Sneeuwtjes

Expositie verzamelingen | Oud Postkantoor Doetinchem | plm. 1998/99


Uit de oude doos de column Sneeuwtjes. Wellicht geeft het de lezer enige verkoeling in deze lange hete zomerperiode. Ook te lezen in de vorig jaar bij uitgeverij Fagus⇲ verschenen bundel Het Daghet.



Sneeuwtjes
Mooi van lelijkheid zou ik haar willen noemen, mijn verzameling sneeuwtjes. Eigenlijk is er geen goed Nederlands woord voor. In de Kleine encyclopedie van de wansmaak worden ze sneeuwbollen genoemd. In dat naslagwerk wordt de ontstaansgeschiedenis uit de doeken gedaan. Ene Herr Koziol kwam in zijn Volkswagen Kever vast te zitten in de natte sneeuw. Hij keek door de halfronde achterruit van de auto en werd een sprookjesachtig tafereel gewaar. De sneeuw dwarrelde maar door, een wolf verschool zich achter een eik, Roodkapje passeerde, engelen zongen Halleluja. Eenmaal thuis gekomen, na een barre tocht vond hij de Schneekugel uit.

Dit verklaart mijn afwijking. Het sparen begon midden zeventiger jaren. De oorsprong van deze gekte ligt echter, net als de uitvinding, in de jaren vijftig. Mijn vader vervoerde in zijn Kevertje de hele kinderschaar van de buurt naar de gondelvaart in Keppel. Met z'n elven opéén gepakt in de wagen (een absoluut wereldrecord), ik knus met mijn tweelingzus in de kattenbak. Daar zag ik door de achterruit, van verte reeds de feeërieke verlichting van de varende objecten. Een sprookjesachtig verstilde werkelijkheid als in een kijkdoos. Mijn eerste aanschaf was in het Weense Prater. Een glazen bol gevuld met water, kunstsneeuw en het Riesenrad. Daarna volgde een schudmaria uit Lourdes en weldra toen mijn abnormaliteit bekend werd, bracht menig kennis een bol voor mij mee. Na een jaar werd de verzameling te groot. Ik besloot alleen souvenirs te vergaren van plaatsen waar ik zelf geweest was. Een sentimenteel lullig bewijs, een afbakening.

Af en toe werd van de regel afgeweken als vrienden een exotisch exemplaar meenamen. Zij kregen een plek op de plank: ‘Nog niet geweest, maar wie weet?’ Exemplaren uit Australië en Aruba kijken me, bij het plannen van mijn zomervakantie, lonkend aan. Zo kreeg een exemplaar uit Las Vegas, met drie dobbelstenen, eerst een verborgen bestaan. Het verhuisde naar de verzameling toen ik er eenmaal geld had gewonnen. Een ander afwijkend geval, want feitelijk geen sneeuwtje, is het stolpje dat ik tijdens dezelfde trip, op de warmste plek van de wereld, ontdekte. Met daarin een gesmolten sneeuwpop: vijf eierkolen, een peentje, een zwarte hoed, zweven in het water. The Death Valley Snowman.


Vorig jaar dacht ik een wonder te aanschouwen. Na de vakantie kregen de nieuwe aanwinsten een tijdelijk plekje op de vensterbank. Zo ook een souvenir van de Donauquelle. Er vormde zich een plasje water naast het kleinood en een dag later stroomde de Donau door mijn woonkamer. Helaas, het wonder bleek een klein scheurtje. De inhoud van het sneeuwtje wordt meestal vormgegeven in coulissen perspectief. Het is dan ook opmerkelijk dat in de hele Achterhoek, met z'n kenmerkende coulissen landschap niet één sneeuwbol te vinden is. Hier ligt een dankbare taak voor de ‘Stichting Achterhoek Promotie’, het laten maken van een Achterhoekse sneekogel! De bezembinder Aornt Peppelkamp, met daarachter een peppelenrij, een stukje heide ter grootte van een krant. Een kamp met een hek en een ijsvogel ervoor. Een kateker springt van eik tot eik. Da's pas mooi | Gelders Dagblad 6 juli 1996

Meer Sneeuwbollen op ’sMelssleMs’ hier⇲ en daar⇲ en boven⇲

Collega dichter Bert Bevers was zo attent het bericht over de verzameling van (J’aime la vie⇲) Sandra Kim⇲ op te sturen: Showbizz | Sandra Kim verzamelt sneeuwbollen ik ben zo bang dat er eentje gaat breken⇲

Sneeuwbollen @ het wereld wijde web⇲

Snowglobes @ the word wide web⇲

Schudmaria’s @ the world wide web⇲


The original melted snowman snow globe⇲ 






Geen opmerkingen:

Een reactie posten