Als je maar genoeg tijd van leven hebt dan wordt je vanzelf
geschiedenis. Het overkomt me dit jaar tweemaal. Begin herfst een telefoontje
uit Hilversum. Een researcher bezig met een programmaserie over de jaren 60,
stuit googlend naar het verschijnsel luisterkorps op een column van mij, waarin
ik het fenomeen van uitwisseling beschreef. Je adres kwam in het blad Hitweek
op een lijst te staan van muziekliefhebbers die dan een afspraak met je konden
maken om samen naar je langspeelplaatcollecie te luisteren. In mijn geval een
leeg kippenhok dat als jeugdhonk, repetitieruimte dienst deed. Ik vertel de
onderzoekster enthousiast over het initiatief en voordat ik het weet staat er een
cameraploeg drie zestigers te filmen in een stoffig kippenhok irgendwo op Sinderen. Luisterend naar oude meuk en bladerend in vergeelde Hitweeks en
fotoalbums. Dennen waren we, maar wel aardige dennen.
In de zomer een e-mailtje of ik mee wil werken aan een
fotoboek dat op stapel staat over de jaren 65-85 uit de collectie Hugo
Jaartsveld. Maar natuurlijk. En weldra struin ik in mijn eigen verleden en
volgt een uitwisseling van gegevens en zet ik wat op papier over de periode dat
ik samen met hem in de redactie van de roemruchte Anhangerschapbode zat. De
beginjaren van Normaal, veertig jaar geleden.
Dan zondag de langverwachte presentatie, het valt niet tegen. Een caleidoscopisch tijdsbeeld is door de samenstellers neergezet. In mooi zwart wit die de te jong gestorven fotograaf als geen ander beheerste zien we de Achterhoek wakker worden.
Dan zondag de langverwachte presentatie, het valt niet tegen. Een caleidoscopisch tijdsbeeld is door de samenstellers neergezet. In mooi zwart wit die de te jong gestorven fotograaf als geen ander beheerste zien we de Achterhoek wakker worden.
Ik bekijk het publiek in de overvolle zaal. Inderdaad, dennen
waren we. Eiken zijn we geworden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten