zaterdag 15 februari 2014

Column Hans Mellendijk | Ik zag niks, want ik mos pissen


Ik zag niks, want ik mos pissen | Hans Mellendijk | de Gelderlander 07 au 201o

De reis er naar toe heeft iets van een computerspel dat junior op zijn Nintendo speelt. We moeten ons op punt X melden irgendwo industrieterrein Lichtenvoorde. We dienen een 06-nummer te toetsen. Nadere instructies volgen. Ik ben met m’n naasten onderweg naar een optreden op de Zwarte Cross. Alles loopt als een goed geoliede machine. We worden opgehaald. Bij de ingang van Backstage West heb ik de eerste lachstuip, of zijn het de zenuwen?, al te pakken. Pijlen wijzen ons de juiste weg. De letters MEKKA en de prachtig daarachter geschilderde strakke blauwe lucht met schapenwolkjes, beeldrijmen met de werkelijke situatie. Een schitterende zondagmorgen, strakke hemel met enkele wolk. Backstage is de ontvangst allervriendelijkst, ik inspecteer het podium in de tipi. Alles in orde. Om de versvoeten te trainen maak ik een kleine wandeling over het terrein. De aankleding is boven alle verwachting. Het is lang geleden dat ik een festivalterrein van deze omvang heb betreden. Ik ben niet zo van de massaliteit. Na een teleurstellende ervaring in Werchter ooit heel lang geleden besloot ik grote festivalterreinen te mijden. Wat ik hier meemaak is een totaal andere ervaring. Wat een sfeer. Mijn lachspieren doen weer hun werk als ik het hoofdpodium zie. Het podium is aan weerzijden geschoord. Manshoge kettingschakels moeten verder wegwaaien van het theater voorkomen. Dit moet bedacht zijn na de onverkwikkelijke windhoos die het festival in opbouw een week daarvoor teisterde. Klasse, deze Oldenburgeske kunsttoepassing. Terug naar de theatertipi, eens kijken hoe het de dichter Pim ten Bokkel vergaat. De jonge God brengt vaardig zijn werk uit de nieuwste bundel en trakteert de aanwezigen op een sample van ouder werk gelardeerd met Zwarte Cross ervaringen. Mooi werk dat wonderwel past bij de achtergrondgeluiden van Normaal, dat de festivalbezoekers wakker rockt en die de tipi binnendringen. Pims ode aan Johnny van Doorn gecombineerd met deze klanken doen me wegdromen naar het allerlaatste Popfestival van Lochem in een ver verleden. Waar Johnny de aankondigingen verzorgde. Ik weet nu wat me te wachten staat. En bereid me voor. Het eigen optreden, een half uur zacht tikkend de tijd verslaan met dialectpoëzie verloopt, naar alle tevredenheid. Het voorgenomen korte verhaal schrap ik omdat ik niet op kan tegen de stoorzender in de vorm van ander gesproken woord, elders op de theaterweide. Slechts twee gedichten gaan daardoor voor mijn gevoel de mist in. Mijn naasten ontkennen dit. Ik geef me daarna over aan het geweldige spektakel waar poëzie samensmelt met kermis, crossvermaak, theater en allerlei muziekstijlen. Een feest voor de hele familie. Het is dan ook schokkend om de volgende ochtend in deze krant te lezen dat ik onderdeel was van een beschaving die met sprongen achteruit zou zijn gegaan. Laat ik daar nu niets van gemerkt hebben. Want ik mos pissen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten