Een spelfaud valt
meer op dan een denkfout. Het is niet mijn gewoonte om terug te komen op een
vorige column. Het korte termijn geheugen van de lezer is slecht en anders dat
van mij wel. Maar goed ik werd er door trouwe volgers op gewezen. Ik zou
staatsiefoto fout geschreven hebben. Een spelfout want er stond statiefoto.
Juist ja, dat was ook de bedoeling, want het ging om een foto die ik terug kreeg.
Een niet begrepen woordgrap. Eigenlijk ook te ver gezocht. Vierderangs cabaret.
Ik zal het nooit meer doen. Beloofd.
Goedgestemd wil ik
de avond voor de verkiezingen mijn oproepkaart pakken. Zodat ik als eerste om
half acht ‘s morgens mijn stem kan uitbrengen. Voor een nieuw elan in het land,
bedacht ik me zo. Mijn hand beweegt zich naar de brievenstandaard. Erfgoed van
geplastificeerd ijzerdraad dat al jaren door een kunstzinnige constructie bij
elkaar wordt gehouden door afwisselend zwarte en witte spinsels. Mijn vingers
willen het ambtelijk schrijven pakken, maar voelen niks. Ik kijk en zie dat het
er niet meer in ligt. Ik weet toch zeker …Maar tja bij de herinrichting van het
huis, een proces dat zich nog steeds aan het voltrekken is, veranderen per week
de vaste plekken. Een zenuwslopende zoektocht door het huis volgt.
In de
rechterladekast van het spiksplinternieuwe keukenblok begint zich een floribos te ontwikkelen. Hoe is het toch
mogelijk? Spulletjes die je eigenlijk van plan was weg te gooien maar die zich op
één of andere mysterieuze wijze toch weer in het huishouden weten te nestelen. De
Douwe Egberts koffiepunten die nauwelijks aanbossen vanwege Max Havelaar. Tig
flessenopeners van diverse pluimage met elk weer zo hun eigen specifieke
herinnering. Zo ook de kurkentrekkers, en diverse rubberen stoppers die de lucht
uit de fles dienen te houden schreeuwen om de aandacht. Elastiekjes, pleisters, paperclips,
speldendoosje, afplakband, uitgedroogde viltstiften, afgekloven Bic-pennen, tissues,
ansichtkaarten, watten, dia’s, notenkraker, nietjes, moertjes, theezeefje, blikopener,
fietslampjes, allerlei zegeltjes, batterijen waarvan je niet weet of ze wel of
niet leeggelopen zijn, bandenreperatieset, verlopen garantiebewijzen,
trouwboekje, … maar nergens mijn oproepkaart!
Het zal toch niet
achter de Lundia-stelling zijn gevallen. Gelukkig, voordat ik de met veel
moeite ingerichte bibliotheek in de werkkamer wil afbreken, herinner ik me vaag
dat ik het ook een dag of twee in mijn agenda heb meegedragen. Het zal toch
niet op kantoor tussen andere paperassen zijn verdwenen. Dan moet ik mijn vroege
ochtendexercitie maar vergeten en na de middagfile mijn plicht maar vervullen. Niet
geheel gerust op de goede afloop raadpleeg ik de gemeentelijke webstek, wat te
doen in dit soort gevallen. Niks over te vinden.
Onrustig, ook al vanwege
het zweven … de sociaal-democraten stelden me teleur door hun hoogmoedige
terreur van affiches op alle lantaarnpalen in mijn straat, dan maar op de
tomaten, … val ik uiteindelijk in een diepe slaap.
Flarden van
nachtmerries bij de ochtenddis. Hans Brinker verbleekt bij de heldendaden die
ik verricht in allerlei moeilijke staatsbedreigende situaties waarbij het land
steeds weer op het laatste nippertje gered wordt door een ingreep van mij. Smeltende
poolkappen, terroristische aanslagen, stijgende zeespiegel, bladeren op het
spoor, Arnhem bij zee, alles in één overweldigende Apocalyps. Gelukkig vallen
mijn ogen net op tijd op een bericht dat het mogelijk is met een
identificatiebewijs te stemmen. Een zucht van verlichting.
Als ik de nodige ambtelijke
handelingen achter de rug heb en naar de stemcomputer loop hoor ik de stem van
de wethouder, “Hé daar ga je toch geen column over schrijven?”.
“Ik dacht het niet.”
piept mijn stem, terwijl mijn zwevende vinger zoekt naar de enige vrouw met
kloten uit het lijsttrekkersdebat van de dag ervoor. Eindelijk geland.
Mocht ú het stemmen
nog niet moe zijn. Kijk vanavond naar het tv-programma Restauratie. Daar
is een miljoen euro te winnen. Stem DRU!
Hans Mellendijk, de Gelderlander | 2 december 2006
Geen opmerkingen:
Een reactie posten