zaterdag 14 januari 2012

Uit de oude doos | Veel heil & 9! En 1 bruin ja


Veel heil & 9! En 1 bruin ja

Völ heil en zegen, a’j mi’j niks geeft val i’j mi’j tegen. ’n Gelukkeg Ni’jjaor, steet de toete al klaor? De poëzie viert hoogtij deze dagen, bemerk ik aan de binnenglijdende gelukwensen. Binnenkort begint de nieuwe zittingsperiode voor de Dichter des Vaderlands. Twaalf december werd de shortlist, zoals dat in goed Nederlands heet, vervroegd bekend gemaakt daar de geruchtenstroom lekte. 

Vanaf nu kan men op de kandidaten stemmen via www.dichterdesvaderlands.nl. Tsead Bruinja, Joke van Leeuwen, Erik Menkveld, Ramsey Nasr of Hagar Peeters. Ik vond het een nogal moeilijke keuze. Allemaal kwaliteit. Ik kreeg de neiging om voor de vrouwen te gaan. Dan zou ik slechts behoeven te kiezen tussen Hagar of  Joke. Totdat ik me begon af te vragen wat ik mag verwachten van de Dichter des Vaderlands. Een titel die we sinds 2000 kennen. Gerrit Komrij, werd toen gekozen. In een column destijds, tsja, het blijft een tijd van terugkijken en vooruitzien, vroeg ik me af of de kersverse Dichter des Vaderlands na vijf jaar bewind de dichtkunst op gelijke wijze zou hebben weten te huisvesten als Vic van de Reijt dat had gedaan met de Nederlandse liederen uit de vorige eeuw. En gezegd kan worden dat Gerrit Komrij naast het schrijven van spraakmakende gedichten bij onder andere het jubileum van Koningin Beatrix, de vuurwerkramp in Enschede, de verloving van Prins Willem Alexander en Máxima, de moord op Pim Fortuyn en het overlijden van Prins Claus, de betrokkenheid van het publiek bij poëzie heeft vergroot. Komrij werd hét gezicht van de Nederlandse poëzie. Een merknaam. 

In 2005 volgde Driek van Wissen hem op. Met qua vorm knappe, maar inhoudelijk saaie verzen. Goed dat allemaal indachtig vroeg ik me af welke kandidaten deze eigenschappen het beste uitstralen. Surfend naar de webstees van betrokken dichters kwam ik er niet uit. 

Nergens zag ik aansprekende plannen, totdat ik op iets stuitte dat oogde als een vooroorlogs Antirevolutionair affiche. Bruin JA! in kapitale letters boven de foto van mannenbroeder Tsead Bruinja. Nieuwsgierig klikte ik verder en kwam terecht in een heus strijdplan. Met grote meeslepende plannen waarbij de poëzie in al haar breedte gepromoot wordt. En, aandacht voor de streektalen, het dialect. Dat had ik bij zijn voorgangers nog nooit gezien. Toen was mijn keus snel gemaakt. Eén Bruin JA! Of eh …. aarzeling, toch maar Hagar?

Hans Mellendijk in de Gelderlander, edities Achterhoek, 03 januari 2009

Geen opmerkingen:

Een reactie posten